Het is 27 juli 5.30 uur. Ik ben wakker, nog slaapdronken en ik kan even niet plaatsen waar ik ben. Ik draai me nog een keer om en stoot mijn hoofd tegen een kast. Waarom lig ik in hemelsnaam aan de verkeerde kant van het bed? Ik kijk verward naast me. Geen Merel, geen knuffels, een lege plek. Een lichte paniek neemt me over. Waar is ze? Waar zijn ze? Waar ben ik? Totdat ik het zachte, geruststellende geluid van het ruisen van de zee hoor. Het herinnert me eraan dat ik in het strandhuisje ben.
Ik kwam hier gisteren aan met een wagen volgeladen met koffers, tassen, boodschappen, strandspullen en andere zooi, maar zonder de meisjes. Alleen. Met een vol hoofd en een leeg gevoel liep ik het terras op van de Koele Costa en vond een plekje uit de wind en in de zon. Met Einaudi in de oortjes en het heerlijke boek van Bettina Holwerda “Laat maar” in mijn handen. Meer heb ik niet nodig. Nou ja… De afgelopen dagen braken me soms op. Waar ik de eerste week zonder de meiden redelijk fluitend doorkwam, vooral omdat ik de week volgepland had staan met afspraken, zingen, voor het eerst golfen op de baan, eten bij een te lieve collega, agressie wegslaan op de driving range, model zitten en andere leuke uitjes, was ik in week twee vooral op mezelf aangewezen. Merels verjaardag op dinsdag kwam ik redelijk goed door, maar woensdag keerde het tij. Ik wilde het liefst in bed blijven liggen, ik had geen zin om op te staan, geen zin in de dag. Het: “Maak mij maar wakker als het voorbij is” gevoel. Ik voelde me alleen en machteloos. Ik besloot eerder die week naast het welverdiend genieten van mijn vakantie, werk te maken van onze zoektocht naar een woning. Vol goede moed maakte ik een oproep en deelde deze via de vaste kanalen. Het bericht werd binnen no time 120 keer gedeeld. Een enorm bereik. Ik heb welgeteld één reactie gehad. Een prachtig huis, in de straat van mijn ouders. De verhuurders zouden voor langere tijd vertrekken naar een warm oord. Ik zag het voor me. Eindelijk een vaste plek, fietsend naar school, in de buurt bij opa en oma. Eindelijk rust. De droom duurde welgeteld 5 minuten. Bruut werd ik wakker geschud. Kale huur 2000 euro. Daar komen gas/water/licht nog bij. In wat voor wereld zijn we in hemelsnaam beland? Hoe kan ik, als alleenstaande moeder zo’n huur ophoesten? En daar gleed de moed langzaam naar beneden, via mijn kuiten daalde ze neer, ze zakte zo mijn schoenen in en daar trof ik haar dan weer.
Ik raakte overmand, door moedeloosheid, maar had die ochtend nog een afspraak, dus ik was de hoop nog niet compleet verloren. Helaas werd meer dan eens duidelijk wat mijn opties zijn. Nul. Ik krijg geen urgentieverklaring. Ze kunnen immers bij vader wonen toch? Daar hebben ze een dak boven hun hoofd, daar heeft de oudste zelfs een ruime zolderkamer en zijn er inmiddels ook twee leuke konijnen, dus wat is het probleem? In het ergste geval mag mama haar kinderen opgeven en een zomerhuisje voor haar alleen zoeken. De moed is inmiddels zelfs uit mijn schoenen verdwenen en heeft het op een lopen gezet. Ik klamp me met man en macht vast aan de hoop, voordat zij ook de benen neemt. Ik was ondertussen compleet reddeloos en vloog gillend tegen de muren op na weer een aflevering van B&B vol liefde, waarin Joop zijn eigen koffiezetapparaat en zijn veel te grote ego meenam naar Anja en dacht haar wel eventjes te veroveren. René erop los goochelde, om de aandacht van Iris te winnen en zijn eigen onzekerheid te overschreeuwen en Albert zijn tinnen soldaatjes geen poppetjes liet noemen en ik vooral besefte dat een nieuwe man al helemaal niet in mijn plan voorkomt. Zelfs niet als er een huis aan vastzit. Dus iedereen die dat als tip naar me toestuurt: Thanks! But no thanks. Ik ging regelmatig misselijk en met hartkloppingen naar bed, omdat ik de leegte die ik voelde probeerde op te vullen met ijs, kaas, augurken, toastjes, nootjes en alles wat voorhanden was en enigszins eetbaar. Doordat ik alle mogelijke afleveringen van B&B vol liefde al vooruit had gekeken, besloot ik de Bachelor te kijken. Lekker hersenloos, zien hoe twintig vrouwen zich vernederen, in de gratie willen vallen, zichzelf compleet verliezen in een man met een opgepompt ego, met gladde plaatjes en dito handen, die zijn tong in diverse vrouwen stopt en uiteindelijk zijn hart volgt (lees zijn kleine Jodocus) en voor de liefde van zijn leven gaat, maar uiteindelijk op de bank eindigt met zijn tweede keus. How low can you go. Mij niet bellen! Ik zoek alvast een kartonnendoos, of een geschikte brug op, waar ik onder kan gaan zitten schuilen.
Maar nu ben ik hier. Op het strand. En vanaf het moment dat ik gisteren het terras op stapte kwam er een rust over me heen. Ik ontspan. Ik kan weer ademen. Tranen rollen over mijn wangen. Laat maar lopen. Het is oké. De nachten zouden wel iets langer mogen duren, maar schrijven met uitzicht op zee is ook fijn. Nog twee nachten en dan komen de meisjes. Na 17 dagen kan ik ze dan weer in mijn armen sluiten. Wat een vooruitzicht. Ik zie dat de moed langs de vloedlijn aan komt wandelen en de hoop nestelde zich gisterenavond weer naast me op de bank. Kaarsje aan. Samen staren naar de zee. Wat een heerlijkheid.
Welkom (voor eventjes) thuis!